Menu Sluiten

De doodstraf en de verkiezingen

Deze maand zijn er Tweede Kamerverkiezingen. Zoals bij iedere landelijke verkiezing is veiligheid een belangrijk thema. Maar er is één onderwerp waar (bijna) alle partijen het over eens zijn: de doodstraf.

De SGP wil als enige partij de doodstraf weer invoeren. Alle andere partijen blijken (nog steeds) tegen. De doodstraf kennen we, in Nederland althans, allang niet meer. Die werd in 1870 afgeschaft. De hoogste straf werd de levenslange gevangenisstraf. Eén van de eerste misdadigers die werd bestraft met die straf was Johan Gaientaan uit Amsterdam. Luister hier naar het levensverhaal van deze draaideur-crimineel!

Er kleven zowel voor- als nadelen aan de doodstraf. Bijvoorbeeld, de onherroepelijkheid. Maar dat is een uitgezeten gevangenisstraf ook, die is hooguit te vergoeden met een schadevergoeding. Volgens auteur Alexander von Schmidt is de doodstraf wel degelijk goed te verdedigen (Trouw, 2 juli 2002)

Europa

Herinvoering mag niet van ‘Europa’. Om lid te zijn van de EU moeten lidstaten het zogenaamde 6e en 13e Protocol van het Europees Hof van de Rechten van de Mens hebben getekend, waarin staat dat de lidstaten geen doodstraffen meer uitvoeren, ook niet in oorlogstijd.

Belarus is op dit moment nog het enige land in Europa dat de doodstraf heeft. Vorig jaar werd de zaak van twee mannen opgeschort, waardoor zij de doodstraf ontliepen. Maar Belarus, het land van president Aleksandr Loekasjenko, is geen EU-land.

Terug naar Nederland. In het partijprogramma van de SGP staat het volgende citaat:

“De visie van de SGP berust op wat de Bijbel zegt over de roeping, die de overheid heeft tot het herstel op het geschonden recht. De mens is geschapen vanuit het beeld van God. Vanuit dit vertrekpunt (…) volgt dat de overheid, rechter, gerechtigd is om bij ernstige levensdelicten de doodstraf toe te passen. (…) Bij een bewust vergrijp tegen het menselijk leven kan de hoogste straf gerechtvaardigd zijn.”

Uit het partijprogramma van de SGP

Hoe groot het percentage Nederlanders is dat vóór de doodstraf is, is moeilijk te zeggen. Er zijn in de afgelopen decennia een aantal peilingen gedaan door verschillende instituten, maar het is niet duidelijk in hoeverre die peilingen op dezelfde manier hebben gemeten. Ook kunnen misdrijven met een grote impact zoals aanslagen, kinderverkrachtingen en -moorden, de percentages wellicht tijdelijk veranderen.

Onderzoeksbureau NIPO ondervroeg in 2002 ruim 900 mensen, van deze groep bleek 43% vóór de doodstraf te zijn. Opiniepeiler Maurice de Hond mat in 2008 dat 13% van de Nederlanders voor was, maar dat een groter percentage, zo’n 26%, die straf wilde reserveren voor bijzondere gevallen zoals terroristische aanslagen. In 2020 hield RTV Noord een stemming waar bijna 10.000 mensen op hadden gereageerd. Toen bleek de verdeling circa 60% tegen en 40% voor te zijn geweest.

Beknopte geschiedenis van de doodstraf

Het leven moeten bekopen als vergelding van een belangrijk vergrijp is al zo oud als de mensheid. In Mesopotamië kende men al gruwelijke doodstraffen die werden opgelegd aan criminelen. Daarnaast kwamen ‘schandstraffen’ (naakt op een kar te kijk worden gezet) en verbanning uit de stad veel voor. Vanaf 1500 nam het aantal opgelegde lijfstraffen toe en werd ook de doodstraf steeds vaker opgelegd.

Johann Heinrich Kemper werd in 1854 als een van de laatsten in Nederland ter dood gebracht © Stadsarchief Amsterdam
Johann Heinrich Kemper werd in 1854 als een van de laatsten in Nederland ter dood gebracht. Hij werd opgehangen. © Stadsarchief Amsterdam

In de loop van de tijd zijn steeds minder landen de doodstraf gaan uitvoeren. Op dit moment wordt de doodstraf uitgevoerd in bijvoorbeeld Iran, Egypte, Syrië, Noord-Korea, Saudi-Arabië en de VS. In Islamitische landen wordt de doodstraf opgelegd als gevolg op gedragingen tegen het Islamitisch geloof. De VS hebben de doodstraf doordat kolonisten de straf hebben ‘meegenomen’ uit Europa.

Toen Nederland werd ingelijfd bij Frankrijk in 1810 voerde de bezetter veel grote en belangrijke veranderingen in. De standaardmaten werden ingevoerd, zoals liters en meters. Prostituees moesten zich verplicht laten registreren en laten onderzoeken op geslachtsziekten. Onthoofding van criminelen met een vallende bijl is ‘humaan’ vond men, omdat het zó snel ging dat je er niets van zou merken. De Franse arts en politicus Joseph-Ignace Guillotin deed een aantal voorstellen om de doodstraf ‘mensvriendelijker’ te maken. De doodstraf is oké, zo vond Guillotin, maar het mag wel allemaal wat ‘aardiger’.

Joseph-Ignace Giullotin (1738-1814)

Overigens is het idee van een mechanische vallende bijl om het hoofd af te snijden niet van hem. In andere landen zoals Engeland kende men al een ‘voorloper’ van de guillotine.

Langzamerhand veranderde niet alleen de manier waarop criminelen werden bestraft, ook het ‘waarom’. Was het eerst de bedoeling de crimineel te verwonden en te vernederen (‘had je het maar niet moeten doen’) tot een vorm van rechtvaardig voor de misdaad.

In 1811 voerden de Fransen hier de Code Pénal in, de ‘oervorm’ van het Wetboek van Strafrecht. Maar anders dan wat Guillontin voor ogen had in Frankrijk, bleven hier andere vormen van lijfstraffen wel toegestaan. Zo kan je wel worden opgehangen. Andere vormen, zoals vierendelen, radbraken en levend koken werden bij wet verboden.

Op 15 juni 1812 werd de guillotine voor het eerst in Nederland gebruikt. Op de Nieuwmarkt in Amsterdam, vóór de Waag, werden rond 12:00 drie personen ter dood gebracht: Adriana van Rijswijk, Gerrit Verkerk en Hester Nepping. Zij hadden in Wijk bij Duurstede een aantal mensen vergiftigd. Op de dag dat de rechter uitspraak deed over hun lot werd het doodvonnis al voltrokken. En in Den Haag werd op 1 mei 1813 Andriana Bouwman geëxecuteerd met de guillotine. De jonge Andriana, ze was pas 19 jaar, had brandgesticht in de boerderij waar ze werkte. Andriana was de laatste persoon ooit in Nederland die met de guillotine is geëxecuteerd.

Nieuwmarkt te Amsterdam in 1812: de guillotine wordt opgesteld

De guillotine bleef in gebruik tot 1854. In dat jaar werden ook lijfstraffen als brandmerken en dwangarbeid uit de wet geschrapt. Toch bleef de doodstraf bestaan; je kon nog wel worden opgehangen. Maar ook dat stopte, in 1860. Tien jaar later werd de doodstraf definitief uit het Strafrecht gehaald dankzij toenmalig minister van Justitie Anthony Modderman.

Minister Mr. A.E.J. Modderman (1838 – 1885)



X